Onderwijsproject EDU-Key - fase 3 gelijke rechten
Gelijke rechten; een kwestie van doen en van
nadenken
India kent
vele vormen van ongelijkheid. Een daarvan is de ongelijkheid tussen vrouwen en
mannen, die al van jongs af aan wordt gevoed. Juist daarom is het van belang
dat meisjes en jongens al op jonge leeftijd ervaren dat zij niet van
verschillende planeten komen, maar heel goed samen en gelijkwaardig met elkaar
kunnen optrekken. De Indiase partners van de vrijwilligersorganisatie Yojana
Projecthulp ontwikkelden samen met deze Nederlandse stichting een aanpak
gericht op het doorbreken van tradities, waarbij kinderen en volwassenen
ervaren dat het ook anders kan.
Een arts
in India die een echo van de buik van een zwangere vrouw maakt mag haar niet
vertellen of de baby een meisje of een jongen is. Dat verbod is vastgelegd in
een van de vele wetten waarmee de Indiase overheid het beeld ophoudt de zwaksten te willen beschermen. Maar wettelijke bepalingen
die niet worden gedragen door het rechtsgevoel van de bevolking werken nooit.
Hier dus ook niet. De dokter zegt ‘Ram Ram’ en de ouders gaan tevreden naar
huis. Noemt de arts de naam van een vrouwelijke godin, waarmee met een omweg
wordt aangegeven dat het een meisje betreft, dan volgt meestal een abortus.
Naast verwaarlozing en zelfs moord is abortus een van de praktijken die er toe
leiden dat er in India tien tot maar liefst twintig procent minder meisjes dan
jongens leven.
Onacceptabele
positie van meisjes
De mensen
zien vrouwen vaak als gebruiksvoorwerp’, zei een Indiase partner van de
Nederlandse stichting Yojana Projecthulp. ‘Investeringen in een meisje komen
niet jouw familie, maar die van de aanstaande man ten goede. Weggegooid geld
dus. En daar komt bij dat mensen vaak enorme leningen moeten afsluiten om de bruidsschat
te betalen.’ Ianthe Schouten deed onderzoek naar de gevoelens die adolescente
meisjes in de projectgebieden van Yojana in de deelstaat Maharashtra over hun
toekomst hebben. Daaruit bleek dat bijna alle meisjes enorm opzagen tegen hun
onafwendbare toekomst als getrouwde vrouw in de joint family van hun aanstaande man. Ook voelden zij zich absoluut onmachtig om daar ook
maar enige sturing aan te geven.
Niet best
dus, die positie van meisjes. Onacceptabel zelfs, vonden de Yojana-projectpartners SEDT en YPS. Maar de gezamenlijke zoektochten in India en Nederland naar een
aanpak om het probleem bij de bron aan te pakken leverden niets op. Ja, empowerment van vrouwen. Natuurlijk helpen microkredieten
om de vrouwen wat inkomen en dus status te geven. Yojana heeft ook van dat
soort projecten uitgevoerd en daar is niets mis mee. Alleen leiden ze niet tot
het besef dat mannen en vrouwen gelijke rechten hebben. Dat uitgangspunt is ook
door India erkend. Maar regels die niet zijn gebaseerd op wat de bevolking voelt,
leiden niet tot resultaat.
Vertrouwen
Al meer
dan 25 jaar werken Yojana en de partners SEDT en YPS intensief samen. Daardoor
is er wederzijds vertrouwen gegroeid, waardoor bijna alles bespreekbaar is.
Beide partners hebben op hun beurt een vertrouwensband met de bevolking in de
122 dorpen waar ze actief zijn. Samen met hen is het programma EDU-Key
ontwikkeld, waardoor nu ruim negentig procent van de kinderen de lagere school
bezoekt, in plaats van de vijftig procent toen de ouders het nut van onderwijs
nog niet inzagen. In de met inhoudelijke steun van NEMO Amsterdam gestarte
Curi-O-City centra werd kinderen geleerd hun nieuwsgierigheid te herontdekken
en leerkrachten werden getraind om met die nieuwsgierigheid om te gaan.
Er lag dus
een basis om te bouwen aan een meer gelijkwaardige relatie tussen meisjes en
jongens. Na veelvuldig overleg over en weer, twee heel intensieve teamsessies
in India en besprekingen met deskundigen, is nu met de uitvoering begonnen.
Daarbij worden de uitgangspunten gehanteerd, die hiernaast in het kader zijn
omschreven.
·
Cultuur en tradities zijn door mensen gemaakt en
kunnen ook door mensen worden veranderd.
·
Kinderen hebben een aangeboren
rechtvaardigheidsgevoel.
·
Het gaat erom de ‘denkknop’ bij kinderen op AAN te
krijgen, voordat tradities het overnemen.
·
Ervaren is de beste manier van leren.
Voorlezen
Zo jong
mogelijk ervaren dat jongens en meisjes niet van verschillende planeten komen,
maar heel goed samen en gelijkwaardig met elkaar kunnen optrekken, is
natuurlijk het beste. Een paar jaar geleden bezocht orthopedagoge Sabine
Gobardhan de projectgebieden. Zij wees erop dat ouders in India helemaal niet
met hun kinderen spelen. Yojana was daarvan wel op de hoogte, maar met die
kennis was tot dan toe niets gedaan. Naast gebrek aan tijd bleken er voor de
Indiase ouders nog andere redenen om niet te doen wat wij zo gewoon vinden. Een
daarvan is prestige. Je gaat toch niet met kleine kinderen over de grond
kruipen? Indiase relaties zijn veel meer dan de onze gebaseerd op machtsverschillen.
En dat begint inderdaad al zo jong. Er werd besloten een voorleesproject te
starten en daarbij zoveel mogelijk ouders te betrekken. Aanvankelijk dachten de
Indiase partners dat dit project kinderen in staat zou stellen om jonger te
leren lezen en schrijven, zodat ze beter toegerust aan de ratrace zouden kunnen
meedoen. Maar al snel zagen ze in dat het leren van (abstracte) begrippen, het
leren luisteren en vertellen, het in de voorleesgroep goed op elkaar reageren
en het samengaan van jongens en meisjes, van veel grotere waarde zijn.
Bovendien krijgen de kleuters alle gelegenheid om vragen te stellen en om hun
eigen verhaal te vertellen. En ook dat is nieuw in een samenleving waar de
mening van kinderen niet telde. Dit is het begin van een proces dat de kinderen
de kans geeft na te denken. Natuurlijk zijn de kleintjes dolenthousiast. Maar
niet alleen zij. Ook de ouders en natuurlijk vooral de moeders zijn zeer
betrokken.
Leren en
begrijpen door te doen
De
Curi-O-City centra stellen kinderen in staat om te begrijpen door te doen. En
om ze nieuwsgierig en leergierig te maken. Zeker voor kinderen op het
platteland is dit centrum qua inhoud, presentatie en benadering een novum. Om
de ‘NEMO-omgang’ op de jeugd over te brengen is veel overlegd en uitgewisseld.
Nu zie je zelfs af en toe een leerling wat aan een leerkracht uitleggen.
Natuurlijk wordt voortgeborduurd op het enthousiasme van de bezoekers. In de
centra zijn posters ontwikkeld die de bezoekers aanzetten tot nadenken over de
ongelijkheid tussen jongens en meisjes. Na het bezoek aan die afdeling krijgen
de jongeren de gelegenheid om zich te uiten over wat ze gezien hebben. Dat
gebeurt vol overgave. Een leerkracht vertelde na zo’n sessie: ‘Vanaf vandaag
zal mijn leven er anders uit zien.’ De hoop is natuurlijk dat er de volgende
dag nog zo over wordt gedacht, maar alleen al deze bewustwording is bijzonder
en belangrijk.
Lappenpoppen
Door zelf
lappenpoppen te maken en daarmee te spelen leren kinderen hun emoties te uiten.
Deze nieuwe aanpak, waar de partners samen met poppenspeler Karsten Baan aan
werken, moet kinderen aanzetten tot nadenken over hun omgeving. Kinderen in
India zijn niet gewend hun emoties te uiten. Ze lijken zich daarvan vaak ook
niet bewust. Deze aanpak moet dat doorbreken. Bij het eerste bezoek van de
poppenspeler waren de deelnemers al zeer enthousiast en men kan niet wachten
tot Karsten voor een tweede keer komt. Dan zal hij zich vooral richten op het
overdragen van de vaardigheden aan Indiase collega’s en belangstellende leerkrachten.
Judo en
korfbal een succes
Judo, een
sport gebaseerd op respect, blijkt een goede manier om kinderen die geïsoleerd
van elkaar leven tot elkaar te brengen. De filosoof Henk Oosterling
introduceerde judo op scholen in Rotterdamse Vogelaarwijken. Samen met Henk
zijn de mogelijkheden van het inzetten van judo besproken met de Indiase
partners. Want waarom zou deze sport ook niet geïsoleerd van elkaar levende
jongens en meisjes in India tot elkaar kunnen brengen? Er werd besloten om judo
voor de kleintjes te introduceren en korfbal voor de wat grotere kinderen.
Lerares lichamelijke opvoeding en oud-judoka Ageeth Bakker ging naar India om
aan vijftien jongeren de basis van judo en korfbal uit te leggen. De bedoeling
was dat die jongeren zelf weer nieuwe groepen zouden gaan trainen in hun eigen
dorp.
Slechts
twee maanden na de trainingen van Ageeth waren in een dorp al ruim twintig
jongens en meisjes tussen twaalf en vijftien jaar aan het korfballen en judoën.
En dat deden ze met ontroerend enthousiasme en plezier. Het was net of je op
een Nederlands sportveld stond. Dezelfde aanmoedigingen (en verwijten),
dezelfde geluiden. Net alsof ze nooit anders hadden gedaan. Nog mooier werd het
in de ‘gelegenheidsdojo’. Bij het ontwikkelen van de sporten was het idee dat
oudere kinderen vast niet gemengd zouden willen judoën vanwege het fysieke
contact. Dat bleek onjuist. De meisjes leken maar wat blij met de gelegenheid
om aan te tonen dat ze sterker zijn op deze leeftijd. Er was plezier, er was
zorg voor elkaar en er viel geen wanklank. Prachtig om te zien! En veel ouders
zijn inmiddels ook enthousiast. Ze helpen met matten klaarleggen en ze hebben
zelfs al vijftig extra matten aangeschaft. Ook voor die ouders gaat er een
nieuwe wereld open.
Trainingen
Bij deze
aanpak gaat het om denken en dus om beter onderwijs. Begrijpen is wat anders
dan met de armen over elkaar zitten en rijtjes opdreunen. Na veel vooroverleg
met de partners in India hebben onderwijsdeskundigen Jaap Schouten en Erny
Smeets trainingen verzorgd voor leerkrachten in de projectgebieden.
Uitgangspunt was de interactie met leerlingen centraal te stellen - om
leerkrachten te laten voelen dat het anders kan, op een manier die veel meer
voldoening aan zowel leerling als leerkracht geeft. De reacties van de
leerkrachten op dit experiment waren zo positief dat geprobeerd is een training
voor Indiase lerarenopleidingen te organiseren. Na aanvankelijk enthousiasme
bij de autoriteiten zijn deze pogingen helaas in bureaucratie gesmoord. Nu
worden stafleden van YPS en SEDT uitgerust met trainersvaardigheden.
Een andere
training in India werd verzorgd door Paul en Doris Cleghorn, die in Schotland met groot succes een methode
ontwikkelden om de jeugd tot nadenken te stimuleren. Filosofie voor kinderen of
praktisch nadenken noemen ze die. Aan de hand van verhaaltjes en vragen krijgen
de kinderen een stimulans tot kritisch en zelfstandig nadenken. Ze leren ook
hun mening te formuleren en die respectvol te uiten. De training werd verzorgd
voor stafmedewerkers van de partners en die zijn al met het geleerde aan de
slag gegaan. Intussen werkt men in Schotland hard aan het ontwikkelen van
materiaal waarin de Indiase jeugd zich zal herkennen. Ook wordt gewerkt aan
nieuwe trainingen, zodat de methode op grotere schaal in India kan worden
uitgerold.
Belangeloze
deelname
Als extra
stimulans voor de al flinke betrokkenheid van de bevolking worden ook heel
praktische zaken gesteund. Fietsen voor meisjes die daardoor wél naar de middelbare school mogen in een dorp verderop.
Een collegeopleiding in de stad voor 25 meiden uit de dorpen en een middelbare
school met computeronderwijs, als tweede kans voor meisjes die hun school al
moesten verlaten.
Al deze
activiteiten vinden in samenhang plaats, met de bedoeling elkaar te versterken.
Er is in de aanpak een flinke inzet van Europese experts geweest. Experts die
er steeds blijk van gaven op basis van respect te handelen. Ze namen dan ook
belangeloos deel aan dit wederzijdse leerproces. De bedoeling is de partners in
India te laten ervaren door ze kennis te laten nemen. Aan hen de keuze. Soms
zijn er uitvoerige discussies, maar aan alle mensen die naar India gingen om
hun steentje bij te dragen, is met klem gevraagd terug te komen.
De Yojana-aanpak is mede mogelijk gemaakt door bijdragen van
IMPULSIS; CORDAID; FEMI; Atficed; Salomons Hulpfonds;
Onamika Foundation; Hollindia BV; Oud Direct Mail
BV.
|